Pittosporum

Het geslacht Pittosporum omvat een diverse groep van groenblijvende struiken en kleine bomen die behoren tot de familie Pittosporaceae. Dit geslacht bestaat uit ongeveer 200 soorten, die voornamelijk voorkomen in subtropische en tropische gebieden van het zuidelijk halfrond, met name in regio’s zoals Nieuw-Zeeland, Australië, Zuidoost-Azië, en enkele eilanden in de Stille Oceaan.

Kenmerkend voor Pittosporums zijn hun leerachtige, glanzende bladeren die vaak in clusters aan het uiteinde van de takken groeien. De bladeren kunnen variëren van lichtgroen tot bont, afhankelijk van de soort en cultivar. De bloemen van Pittosporum zijn meestal klein, maar geuren vaak sterk en zoet, vooral in de avonduren. De naam “Pittosporum” verwijst naar de harsachtige, kleverige zaden (van het Griekse pitta voor hars en sporos voor zaad), die zich vaak in decoratieve zaaddozen ontwikkelen.

Een van de meest bekende soorten is Pittosporum tenuifolium, afkomstig uit Nieuw-Zeeland, dat vaak gebruikt wordt in hagen en sierbeplanting vanwege zijn dichte groei en esthetische aantrekkingskracht. Andere soorten, zoals Pittosporum tobira uit Japan en China, worden veel gebruikt in kusttuinen omdat ze goed bestand zijn tegen zoute wind en droge omstandigheden.

Pittosporums staan bekend om hun veelzijdigheid in landschapsarchitectuur, variërend van formele hagen en schermen tot solitair geplante sierplanten. Ze kunnen zowel in potten als direct in de tuin worden geplant en worden gewaardeerd om hun lage onderhoudsbehoeften. 

De onderstaande Pittosporums zijn afkomstig uit Nieuw Zeeland en zijn hier volledig winterhard.

pittosporum tenuifolium

Pittosporum tenuifolium

Pittosporum tenuifolium, ook wel bekend als het zwartstammetje, is een populaire groenblijvende struik of kleine boom die inheems is in Nieuw-Zeeland. Deze soort wordt vaak gebruikt in tuinen en landschappen vanwege zijn veelzijdigheid, sierlijke uitstraling en relatief eenvoudige onderhoud. Een van de opvallendste kenmerken van Pittosporum tenuifolium is de donkere, bijna zwarte schors, waaraan hij zijn Nederlandse naam ontleent. Dit zorgt voor een fraai contrast met de glanzende, ovale bladeren.

De bladeren van Pittosporum tenuifolium zijn vaak lichtgroen, maar er bestaan ook bontgekleurde variëteiten, zoals ‘Silver Queen’ en ‘Irene Paterson’, die aantrekkelijk grijs, wit of crème getinte bladeren hebben. Door zijn dichte en compacte groei is hij ideaal voor het creëren van hagen, schermen of als solitair in borders. Deze struik kan tot wel 4 tot 10 meter hoog worden, afhankelijk van de omstandigheden en snoei.

In de late lente of vroege zomer bloeit Pittosporum tenuifolium met kleine, donkerpaarse bloemen die een zoete geur verspreiden, vooral in de avonduren. Hoewel de bloemen klein en subtiel zijn, dragen ze bij aan de sierwaarde van de plant.

Wat betreft verzorging is althans de onze Pittosporum tenuifolium volledig winterhard en hij gedijt het beste in een beschutte, zonnige of halfschaduwrijke standplaats. Hij stelt weinig eisen aan de grond, zolang deze goed doorlatend is. Dit maakt hem een populaire keuze voor tuinen in gematigde klimaten, waar hij zowel esthetisch als functioneel een belangrijke rol kan spelen in tuinaanleg.

 

In het verleden heb ik deze soort al drie keer aangeplant, maar kon hem steeds maar niet door de winter krijgen. Via een goede vriend kon ik zaden krijgen van deze soort van Dunedin Botanic Garden. Het eerste jaar was er niks opgekomen, maar het tweede jaar kwamen er drie zaailingen op die nu al meer dan 10 jaar in de tuin staan. De plant staat wel beschut, maar komt tot dusver door elke winter heen.

pittosporum dallii

Pittosporum Dallii

Wat Pittosporum dallii onderscheidt van andere soorten is de vorm en textuur van de bladeren. De bladeren zijn groot, dik en glanzend, met golvende randen die een opvallend patroon creëren. Deze bladeren groeien in dichte clusters, wat de plant een aantrekkelijke, volle uitstraling geeft, ideaal voor gebruik in tuinen als solitair of in een groep.

In de zomer produceert Pittosporum dallii kleine, geurende witte bloemen die subtiel bijdragen aan zijn sierwaarde. Hoewel de bloemen niet erg opvallend zijn, dragen ze bij aan het exotische karakter van de plant. Na de bloei vormen zich zaaddozen met harsachtige zaden, zoals typisch is voor het geslacht Pittosporum.

Omdat deze soort inheems is in bergachtige gebieden, is Pittosporum dallii relatief goed bestand tegen kou en kan hij vorst verdragen, wat hem geschikt maakt voor gematigde klimaten. Het is echter belangrijk om hem te planten in goed doorlatende grond en op een beschutte plek, omdat hij gevoelig kan zijn voor koude wind en te natte omstandigheden.

 

Wat heb ik lang gezocht naar deze plant. Totdat ik hem tegenkwam bij een kwekerij in Engeland. Gelukkig had ik toen een vriend in Engeland, die de plant voor mij graag wou ophalen. Maar toen hij de plant had opgehaald schreef hij mij dat de plant veel te groot voor verzending was. Een paar maand later was de vriend helaas overleden door de verschrikkelijke ziekte. Ik was toentertijd lid van de Australasian plant society en een van de leden heeft de plant voor mij opgehaald. Zij had Engelse kennissen die een vriend in Nederland hadden die vrachtwagen chauffeur was. Deze man kwam zo nu en dan in Engeland en wou de plant wel voor mij meenemen. Zo heb ik deze Pittosporum dallii later bij hem thuis in Utrecht kunnen ophalen.

Translate »